Permanente bewoning recreatiewoningen in sommige gevallen mogelijk

De provincie Zuid-Holland heeft de deur op een kier gezet voor permanente bewoning van recreatiewoningen. Na lang aandringen van de VVD klinkt er niet langer een keihard ‘nee’: als aan duidelijke voorwaarden wordt voldaan, kunnen vakantiehuizen op sommige parken worden aangemerkt als gewone woningen. 

“Wij zijn heel tevreden met deze belangrijke stap”, zegt VVD-Statenlid Laurine Bonnewits. “Het water staat bij veel eigenaren van recreatieparken en -huizen aan de lippen. Dit biedt hen hoop. We beginnen nu met twee parken in Molenlanden, maar daarna kijken we of ook andere parken in aanmerking komen.”

Bonnewits benadrukt dat het door de VVD verlangde maatwerk alleen geldt voor bestaande probleemsituaties. “We gaan geen nieuwe parken aanleggen voor permanente bewoning. We doen dit om leegstand, verval, criminaliteit en kapitaalvernietiging op oude parken tegen te gaan. Als we dat slim doen, dragen we bovendien bij aan een oplossing voor de woningnood. Dat is een win-winsituatie.”

Aanvankelijk wilde de provincie de ‘permanente’ vakantiehuizen aftrekken van de woningvoorraad van gemeenten. Dat zou betekenen dat zij minder nieuwbouwwoningen zouden mogen bouwen. Bonnewits heeft zich daar samen met haar CU/SGP-collega Gerard van de Breevaart fel tegen verzet: “Dan houd je het tekort aan woningen in stand, terwijl we daar nu juist iets aan willen doen.”

Het college heeft de VVD en CU/SGP nu toegezegd dat deze voorwaarde vervalt: gemeenten hebben er bij hun bouwplannen dus geen last van.