Regels aanpassen om steden leefbaar te houden

72% van alle Europeanen woont in de stad. In 2050 stijgt dit zelfs naar 80%. Daardoor zijn steden de krachtpatsers van economische groei, innovatie en werkgelegenheid. Maar de levenskwaliteit in steden staat onder druk.

De trek naar de stad heeft namelijk gevolgen voor het milieu, want de luchtkwaliteit neemt af, voor het vervoer, want de wegen worden voller en voor huisvesting, want de ruimte is beperkt. Daarom is het belangrijk dat Europese regels over deze onderwerpen aansluiten op wat er in de praktijk in steden al gebeurt. 

De EU heeft daarvoor een ‘Urban Agenda’ in het leven geroepen. In het ‘Pact van Amsterdam’ hebben de Europese Commissie, de lidstaten en de Europese steden eind mei afgesproken dat steden een sterkere positie krijgen in Europa. Over de Urban Agenda en het Pact van Amsterdam organiseerde de werkgroep Europa van Provinciale Staten van Zuid-Holland begin deze maand een symposium voor de vier Randstedelijke provincies. 

Nico Beets, speciaal gezant voor de Urban Agenda, gaf een presentatie over de plannen. Hij legde de doelstelling uit: betere regelgeving, beter toegankelijke fondsen en betere kennisdeling. In de aanloop naar het Pact van Amsterdam heeft Kenniscentrum Europa Decentraal Europeesrechtelijke vraagstukken verzameld die spelen bij decentrale overheden. Directeur Fenna Beekmans en haar collega Lisanne Vis vertelden over de rol van het kenniscentrum. 

Volgens VVD-Statenlid Laurine Bonnewits, gastvrouw en voorzitter van het symposium, was het een nuttige avond: “Tijdens het gesprek bleek heel duidelijk dat de aanwezige provincies last hebben van Europese regels die niet op elkaar aansluiten. Het is goed dat Europa daaraan werkt. Wij moeten als provincies en steden nauw samenwerken om te zorgen dat de veranderingen ook echt verbeteringen zijn.”